Mag ik twee warme broodjes en een pakje walvis?
Inmiddels zijn we precies een maand onderweg. Het lijkt nog maar gisteren dat ik ons ei aan een grondige inspectie onderwierp, nog eens een kastje anders inruimde, nog eens een laatste check uitvoerde of de belangrijkste zaken geregeld waren en besloot dat ons motto "portemonnee, paspooort" nog steeds gewoon de basis is van welke soort reis dan ook.
We hebben we al een hoop gezien en gedaan en het leven op een paar vierkante meter is inmiddels doodgewoon. Het ritme van opstaan, ontbijten, op pad gaan, 's avonds een globaal plan voor de volgende dag maken en bijstellen als je iets anders tegenkomt dan je dacht werkt prima. Naarmate we van de poolcirkel af reizen begint het in de avonden zelfs enigszins donker worden weer. Best fijn want met al dat licht staat mijn brein continue in actiemodus.
Hoe verder zuidwaarts we rijden hoe drukker het wordt. Meer verkeer, meer wegwerkzaamheden. Op de route naar Trondheim vanaf Levanger wordt een nieuwe weg gebouwd en wanneer we langsrijden is er net een helikopter bezig met het takelen van boomstammen uit een vers gekapt perceel. We gaan er maar vanuit dat het allemaal goed vast zit maar het is wel gevaarlijk dicht langs de weg naar onze smaak. Op een gegeven moment zweeft de heli zelfs gewoon recht boven het verkeer. De Noorse normen voor wat acceptabel is zijn toch hier en daar ietsje anders dan de onze. En dat gaat niet alleen over boomstam vervoer.
Op de stadscamping in Levanger waar we twee nachten hebben gestaan verkopen ze op de receptie kleine boodschappen. Broodjes, flesjes frisdrank, snoep, ijsjes, en , walvisvlees.
Walvisjacht is onlosmakelijk verbonden aan de Noorse geschiedenis. Al sinds de negende eeuw is`het in Noorwegen een bron van voedsel, brandstof en inkomen. Het vlees is eetbaar, het vet is een goed ingrediënt voor zeep en brandstof en van de botten kun je ook van alles maken.
De jacht echter is al sinds de jaren 80 wereldwijd verbannen. Behalve Noorwegen, IJsland en Japan die nog wel gewoon doorjagen op deze dieren. En dat ook mogen omdat ze in diezelfde jaren 80 al weigerden hun handtekening onder de afspraken te zetten die alle andere landen van de wereld wel ondertekenden.
Echt heel populair is het eten van walvis niet in Noorwegen, al jaren is de verkoop dalende, totdat Covid kwam. Omdat mensen thuis zitten, niet uit eten kunnen of sowieso ergens heen kunnen wordt er meer en meer geëxperimenteerd in de keuken, onder andere dus met walvisvlees. Zo'n 80 procent van de Noren schijnt wel eens walvisvlees gegeten te hebben, 7 procent eet meerdere keren per jaar walvisvlees. Ook de regering stimuleert het, zij vinden dat het bij de traditie hoort van het land en promoten het naar gezegd wordt onder schoolkinderen en aan toeristen. Ergens lees ik dat er op cruiseboten ( onder Noorse vlag dan neem ik aan ) walvisvlees aangeboden wordt op het menu aan de toeristen die dit wel eens willen proberen. Ik kan me zo voorstellen dat als je weken op zo'n cruiseboot zit je op een gegeven moment wel klaar bent met de aardappelpuree en karbonades uit de buffetbakken maar of je nou zit te wachten op walvisvlees? Het schijnt niet echt per sé erg lekker te zijn. Tja, ieder zijn ding.
Malcolm en ik zien er maar vanaf. Het jagen op deze dieren ( de dwergvinvissen ) is iets dat naar ons idee niet nodig is. Nog altijd worden schijnbaar vooral zwangere vrouwtjes gevangen omdat zij trager zijn dan de rest, daarnaast zit er niets in walvisvlees dat mensen niet op een andere manier kunnen verkrijgen zonder zoveel dierenleed.Er zijn genoeg vis en vlees alternatieven die dezelfde voedingsstoffen leveren en waarbij de dieren op een minder gruwelijke manier aan hun einde komen als je vlees wilt eten.
Het schijnt soms wel 15 minuten te duren voor een walvis uiteindelijk sterft na gevangen te zijn, 15 minuten angst en helse pijn. Ik kan me niet voorstellen dat de plaatselijke slager in Kortgene dit zou toestaan met de dieren die daar worden verhandeld. Het zijn keuzes die ieder voor zich moet maken maar het is nooit verkeerd om jezelf te informeren over de consequenties van je keuzes. En onze keuze ligt dan bij het gewoon links laten liggen van dit product.
We houden het maar gewoon bij de warme broodjes die deze camping in de ochtend levert en een doodsaai plakje kaas en een lik jam. Er is meer dan genoeg lekkers dat we nog niet kennen te vinden in de winkels in Noorwegen .
Trondheim.
Omdat de camping ongeveer een uurtje rijden is vanaf Trondheim besluiten we een dag uit te trekken om deze stad te bezoeken.
Net buiten de stad ligt een vesting, het Kristiansten fort, tegen een bergwand aan. Het is een goede locatie om Trondheim eerst eens vanuit de hoogte te bekijken. De stad is een kleurige wirwar van huisjes her en der onder aan de heuvel en enkele kerktorens steken er boven uit.
Vanuit dit fort werd de stad in de loop van de geschiedenis verdedigd tegen aanvallen. De vesting doet denken aan de Luxemburgse Kazematten en warempel, de architect van deze vesting is een Luxemburger geweest.
Op diverse plekken kun je een QR code scannen om de geschiedenis in een filmpje te bekijken. Best handig al is het eerste filmpje dat we aanklikken meteen een verhaal over een niet al te handige soldaat die er ooit explosieven moest opslaan maar dit niet geheel volgens protocol gedaan heeft waarschijnlijk.
De boel ontplofte en zond een regen stenen over de stad heen. Driekwart van het filmpje gaat vervolgens over de verschillende slachtoffers en hoe ze werden geraakt door het rondvliegend puin dat door hun daken naar beneden raasde. Drama drama. Het klinkt spectaculair maar, gelukkig voor de mensen , viel het aantal slachtoffers uiteindelijk mee. De rest van de filmpjes slaan we over, de informatie op de borden is duidelijk genoeg zonder de Telegraaf achtige stijl van de Youtube producties.
In de tijd van de tweede wereldoorlog is het fort gebruikt door Duitsers om verzetsleden te executeren, 28 mensen in totaal. Het is een sinister idee dat de mensen die hun stad en land verdedigden tegen de bezetters om het leven zijn gebracht op de plek die is gebouwd juist om hun stad te beschermen. Het maakt in elk geval wel indruk.
Niet veel later vindt er alweer een bestorming plaats op het fort. Ditmaal door iets minder gevaarlijke en een stuk vriendelijkere bezetters, getooid met gele stickers op hun jassen. Zo te zien is er een cruiseboot ergens aangekomen, of een bustoer geland op de parkeerplaats bij het fort. Voor ons het sein om te capituleren en Trondheim zelf maar eens te gaan verkennen.
Het is raar om na een poos in het dunbevolkte noorden ineens in een stad rond te lopen die bruist van leven. Het is het begin van het studiejaar zo te zien, zeker 85 procent van de mensen op straat is tussen de 15 en de 25 jaar en er heerst een sfeer van opwinding en verwachting. Groepen studenten strijken neer op terrassen, duidelijk bedoeld als kennismakingsactiviteit. Er wordt met tassen gesjouwd en de leenscooters vliegen aan alle kanten langs. De zon verwisselt zijn plek voor een grote wolk met een forse regenbui en we maken kennis met de inventiviteit van Noorse studenten. Plastic tassen veranderen overal om me heen in regenmutsen, het looptempo vliegt omhoog maar niemand maakt zich er echt druk om. Als de regen gestopt is maken we een wandeling over de kasseien, langs een pittoresk kerkgebouwtje, langs de befaamde gekleurde huizen aan het water die je op elke toeristenfolder ziet, richting het parkje rond de kathedraal waar de grafstenen prijken van de allerrijksten en de meest belangrijke mensen uit dit gebied. De meeste grafstenen zijn grijs of zwart maar één springt er tussenuit. Ik heb geen idee welk gesteente het is maar de kauwgomroze kleur is een vreemde dissonant in het geheel.
De kathedraal is een perfecte locatie voor bruidsparen voor een fotosessie en ook nu is er een sessie bezig.
We lopen net achter een bruidspaar dat met recht op roze wolkjes lijkt te lopen. Hand in hand, zij op hakken, hij half huppelend, het is aandoenlijk romantisch en de liefde straalt er van alle kanten van af.
De zon schijnt en het is niet al te druk met toeristen dus er kan uitgebreid worden geposeerd op het enorme plein voor de rijk versierde kathedraal.
Tegen etenstijd vertrekken we uit de stad, terug naar ons ei in Levanger en doodmoe van alle indrukken. We trekken allebei de conclusie dat een dag bergopwaarts fietsen een stuk minder vermoeiend is dan een dag indrukken opdoen in een stad. Maar , mooi was het wel en ik kan me goed voorstellen dat de kerstmarkt in Trondheim een trekpleister is in de lange donkere Noorse winters.





