Aanvullingen, opmerkingen? Stuur ze maar

Driving home for Christmas

15-12-2023

Het einde van deze fantastische reis is in zicht. 
Het wordt kouder en kouder naarmate we meer naar het noorden trekken en de bergtoppen zijn vaker wel dan niet bedekt met schitterend wit.
De ochtenden beginnen nu meestal door één hand van onder de deken vandaan steken om de kachel aan te zetten en deze daarna weer vlot onder de deken terug te trekken. Waar er stroom is draaien we op elektrische verwarming, staan we op een stroomloze plaats dan is de gaskachel een prima warmtebron. 
Omdat de oppervlakte van het ei zo klein is duurt het maar kort voor het behaaglijk is. Het ochtendritueel, koffie zetten, om beurten aankleden en douchen of wassen en het ontbijt uitstallen op het minitafeltje kost weinig tijd en elke ochtend opnieuw  voel ik me weer zoals ik me als kind voelde. Een nieuwe dag , nog helemaal blanco voor je, waarin nog van alles kan gebeuren. Een uitzicht op een nieuwe omgeving elke paar dagen door je raampje, een vallei, een olijfgaard, een dikke Duitse camper, een citroenboom, een fjord, een weiland... Het contrast met de dagelijkse gang in het leven thuis is groot, ook al kan ik ook thuis nooit genoeg krijgen van het uitzicht op de tuin met de vogels, de veranderende seizoenen, de wind die soms zilt de keuken in waait en soms houtkachel geuren meebrengt naar binnen.

Ik ga het missen. Verandering is altijd al mijn motivator geweest. Ik ben geen mens van eindeloos herhalende rituelen. Raak verveeld, gedemotiveerd, ben er niet georganiseerd genoeg voor en ben behept ( of gezegend ?) met een enorme portie nieuwsgierigheid naar wat er om de hoek te zien is.
Ik herinner me een gesprekje tussen Malcolm en mij op een reis in Portugal ooit waar we een wandeling door een kustgebied met bossen maakten. Het weggetje dat we volgden liep door een uitbundig hout en struik gebied waardoor elke paar meter de tinten groen veranderden, de dichtheid slonk of juist groeide en we geen idee meer hadden hoe lang de route nou eigenlijk was.
En ik genoot! Elke paar stappen een nieuwe bocht waarachter weer iets te zien was. We hadden het over de planten die we zagen en ik verzuchtte dat dit toch wel eindeloos mooi was. Waarop Malcolm zei dat hij juist die vergezichten mooi vond, kunnen zien waar je naar toe gaat, kunnen inschatten hoe je er moet komen.
Dat fundamentele verschil tussen ons twee is ook precies wat ons een team maakt. Ik bedenk wilde plannen, hij houdt me in het gareel en zorgt voor de realistische kant.

We reizen via een camping ergens onder Milaan waar de eigenaar ons attendeert op een lokaal kerstmarktje dat nog open is als we in het bijna donker aankomen op zijn agriturismo camping.
Het klinkt als een schattig klein dorpspleintje met wat kraampjes en dus gaan we na het eten er een kijkje nemen.
Als we in de buurt komen zien we een reuzenrad in de verte. En even verder auto's langs de weg en mensen met kinderen die in het donker langs de weg sjouwen. Een beetje zoals je in de polder hier ziet bij het Nazomerfestival of Klomppop. Maar dan in Italië, in het pikkedonker en zonder reflecterende kleding meestal. Op z'n Italiaans dus.
Weer even verder verkeersleiders, deze keer met reflecterende vestjes. En een joekel van een parkeerplaats waar je 5 euro voor moet dokken. 
Maar, het is het waard. We vinden een plekje, vrij dicht bij de ingang, en lopen even later over de oude kasseien van een middeleeuws dorpje rondom een stralend kerkje, badend in kerstlichtjes en geroezemoes , in geurige flarden van glühwein en suikerspinnen. De hele lokale bevolking is aanwezig met alle producten van een jaar handwerken, houtsnijden, inmaken, of gewoon van de voorraad die ergens in een groothandel op de kop is getikt.
Kraampjes met parmaham, pasta en parmezaanse kazen, met gerookte knoflook en honing, wollen mutsen en pantoffels.
Een eindje verderop is de kermis voor de jonsten, aan de andere kant de kermis voor de oudere kinderen en de bier en pizza kramen.
Niet het kleinschalige kerstmarktje dat we verwachtten maar wel enorm sfeervol.

We bezoeken een dag later Bobbio, de plaats waar volgens de bewoners van het stadje de achtergrond van de Mona Lisa is. Het zou best kunnen, het is een mooi gebied, inderdaad bergachtig, maar of het de achtergrond is? Dan zijn de bergtoppen toch best snel veranderd hier. Maar, wie weet zat Da Vinci wel aan de andere kant van het stadje te schilderen. Na al het reizen weten we dat een bergtop er van een andere windrichting uit bekeken héél anders uit kan zien. De andere "must see" is de brug. 
Deze brug is inderdaad wel een kunstwerkje. Alsof de architect een paar flessen wijn op had tijdens het ontwerpen. De brug gaat omlaag naar de rivier, dan weer omhoog, omlaag, een beetje naar links, weer terug. De gestapelde stenen die de brug samen tot brug maken liggen al eeuwen zo met hun voeten in de op dit moment rustige rivier. Aan de overkant een monumentje in koper van een man die op een Belgische monnik lijkt met een enorm glimmende neus. Daar kan de man zelf niks aan doen, het is geen weergave van de werkelijkheid, blijkbaar is het de gewoonte om over de man zijn neus te wrijven hier. Waarom is me niet duidelijk, het enige dat ik via google lens te weten kom is dat deze held hele generaties kinderen hier heeft leren zwemmen in zijn vrije tijd. Daar verdient hij inderdaad wel een monumentje voor, met of zonder glimneus.


En dan is het door de Alpen richting Zeeland weer. Een nachtje onderaan de Alpe d'Huez , een nachtje op een paar honderd meter van een Frans klooster met klokken die de metten aankondigen nog voordat de plaatselijke haan zijn keel heeft geschraapt en dan, na alle omzwervingen, de eerste nacht weer van vele in een enorm bed, in een warm huis. Met een warme douche die gewoon aan je woonkamer grenst, en een hele lange omhelzing van de twee jongens die inmiddels volwassen zijn en die al die tijd het fort voor ons hebben bewaakt.